Marum – De officier van justitie begon donderdagmiddag zijn requisitoir in de zaak van de wegblokkades en afvaldumpingen in Frieschepalen en Marum met het volgende statement:
“Demonstreren is een grondrecht. Het staat een ieder vrij zijn emoties en ook ongenoegen over het gevoerde beleid te uiten. Er zijn wel grenzen in hoe ver je gaat met demonstreren, grenzen aan de wijze waarop je je ongenoegen uit. Overtreed je dan een grens als andere mensen hinder ondervinden van je acties? Nee, dat hoeft niet altijd het geval te zijn, demonstreren levert vaak hinder op en dat wordt binnen bepaalde grenzen getolereerd. Maar laat ik duidelijk zijn, je overtreedt een grens als je:
– midden in de nacht – in het pikkedonker – afval waaronder asbest bij op- en afritten stort, zodat het andere verkeer er niet meer langs kan;
– in de nacht banden, grond of andere goederen op de snelweg achterlaat waardoor andere auto’s erop rijden;
– goederen waaronder asbest in brand steekt langs of op die snelweg met gevaar voor andere goederen en ook met gevaar voor de gezondheid.
Als je dit soort levensgevaarlijke situaties laat ontstaan, dan wordt dat absoluut niet getolereerd. Dan hebben we het niet meer over demonstreren. Dat is waar het over gaat in de zaken van de verdachten die vandaag terechtstaan. Legaal demonstreren gaat in dit geval over naar het plegen van strafbare feiten waarbij je moedwillig mensen in gevaar brengt. Trieste dieptepunten; gedragingen die bij heel veel mensen alle sympathie voor acties wegneemt.”
Verdachten
Vandaag stonden zes verdachten terecht, die in wisselende samenstelling verantwoordelijk worden geacht voor de wegblokkades en afvaldumpingen in Frieschepalen (A7 rijrichting vanuit Drachten naar Groningen) op 28 juli 2022 en in Marum (bij de oprit A7) op 1 augustus 2022.
Een 32-jarige man uit Augustinusga, een 33-jarige man uit Kornhorn, een 21-jarige man uit Opende en een 29-jarige vrouw uit Oldehove worden verdacht van het dumpen van afval op de afrit en tussenberm van de A7 ter hoogte van Frieschepalen, het opzettelijk versperren van de weg en het stichten van brand.
Bij de dumpingen op de oprit naar de A7 ter hoogte van Marum zijn wat het OM vier verdachten rechtstreeks betrokken. Het gaat hierbij ook om de 33-jarige man uit Kornhorn en de 21-jarige man uit Opeinde, en daarnaast een 22-jarige man uit Gorredijk en een 52-jarige man uit Opende. Zij worden in wisselende samenstelling verdacht van het versperren van de weg, het dumpen van afval en het in brand steken daarvan.
De officier: “Het gaat om forse bedragen en dat zal problemen opleveren voor de verdachten, maar het is meer dan redelijk dat men opdraait voor de kosten.”
Vordering benadeelde partij
Rijkswaterstaat heeft zich als wegbeheerder gevoegd als benadeelde partij en heeft een vordering ingediend. De officier is van mening dat het onredelijk is de belastingbetaler op te laten draaien voor de kosten als het duidelijk is wie verantwoordelijk is voor de schade. De officier: “Het gaat om forse bedragen en dat zal problemen opleveren voor de verdachten, maar het is meer dan redelijk dat men opdraait voor de kosten.” Voor Marum gaat het om een schadebedrag van bijna € 17.000,– en voor de schade bij Frieschepalen vindt de officier een bedrag van ruim € 18.000 euro toe te wijzen.
Strafmaat
Wat de officier betreft heeft de 33-jarige man uit Kornhorn een actieve rol bij zowel Frieschepalen als Marum. Tegen hem eist de officier acht maanden gevangenisstraf, waarvan 191 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar + een taakstraf van 200 uur. Diezelfde rol ziet de officier ook voor de 21-jarige verdachte uit Opende. Zijn trekker werd gebruikt bij de activiteiten. Vier maanden jeugddetentie waarvan een deel voorwaardelijk + 160 uur werkstraf vindt de officier passend voor deze verdachte. Volgens het OM heeft de 32-jarige man uit Augustinusga een actieve rol gehad bij het incident bij Frieschepalen en eist vieren maanden gevangenisstraf waarvan 105 dagen voorwaardelijk en 140 uur taakstraf.
De 22-jarige verdachte uit Gorredijk hoort voor zijn betrokkenheid bij het incident in Marum 107 dagen jeugddetentie (gelijk aan voorarrest) tegen zich eisen plus 40 uur werkstraf voorwaardelijk. Ook al heeft hij geen organiserende rol, hij is volgens de officier wel heel actief geweest. De 52-jarige man uit Opende is alleen betrokken bij het incident in Marum, zijn aandeel is wat het OM betreft het geringst. Tegen hem eist de officier 40 uur taakstraf.
Aangezien de 29-jarige vrouw uit Oldehove maandag nog terecht staat voor haar rol in een ander onderzoek naar (uitlokking) van blokkeren en dumpen van afval op de A7, formuleert de officier vandaag niet haar strafeis.
De rechtbank doet in alle zaken uitspraak op 7 mei 2024.