Groningen – De gepubliceerde waarderingscijfers van het Instituut Mijnbouwschade Groningen geven een onvolledig beeld van de werkelijkheid. Dat blijkt uit onderzoek van het Groninger Gasberaad. Meldt Oogtv Donderdag.
Het Groninger Gasberaad startte een onderzoek na waarderingscijfers die IMG (Instituut Mijnbouwschade Groningen) publiceerde over de schadeafhandeling. Die waren redelijk hoog. Jan Wigboldus vertelt dat er verschillende geluiden vanuit het veld kwamen dat de publicatie niet klopte. Vandaar dat er een onderzoek werd gestart.
Het was geen verrassing vertelt Jan Wigboldus voorzitter van Het Gronings Gasberaad. De problematiek zit hem juist in de complexe schades en de schades vanuit het verleden. Het zit hem ook in de moeilijke schades waarin er meerdere tegelijk zijn. De wachttijd voor een schadeafhandeling is moeilijk te bepalen. Dat hangt echt af van de beving en complexiteit. Sinds een tijdje kunnen kleine schades worden afgekocht. Je stuurt dan een foto met de schade en dan kan je een bedrag ontvangen waarmee je de schade kan opvangen.
Op de vraag of de instanties er op voorbereid zijn antwoordt Wigboldus: ”Het is niet te voorspellen hoeveel bevingen er nog gaan komen. Je kunt er vanuit gaan stel dat volgend jaar de gaskraan dichtgaat dat er nog 10-25 jaar bevingen zullen gaan zijn. Dat gaat dus nog wel een staartje krijgen en zal nog wel een traject worden.” Aldus de voorzitter van Het Gronings Gasberaad.
Wat is Het Groninger Gasberaad?
Het Groninger Gasberaad is een collectief van maatschappelijke organisaties waarbij zoveel mogelijk sectoren zijn vertegenwoordigd. Elke sector bepaalt zelf welke organisatie hen vertegenwoordigt in het Groninger Gasberaad. Zij willen ervoor zorgen dat bij het opstellen en uitvoeren van alle plannen en activiteiten rondom schade, versterking en perspectief voor Groningen de betrokkenheid van de bewoners en organisaties maximaal is. Dat Groningers en Groningse organisaties zoveel mogelijk ontlast worden en dat het gebied zijn unieke karakter en identiteit behoudt.
Beluister het interview terug hier