Zijn natte pak had hij opgelopen nadat hij met zijn auto in het Eemskanaal was geraakt. Omdat de situatie nog niet direct duidelijk was rukten de hulpverleningsdiensten groots uit. Zowel brandweer Loppersum als brandweer Delfzijl spoedden zich naar het bewuste adres evenals een ambulance en meerdere politievoertuigen. Al snel bleek dat de man alleen in de auto had gezeten en er zich dus geen mogelijke slachtoffers onder water bevonden. De brandweer kon hierop hun voertuigen omkeren om terug te keren naar de kazerne. De politie heeft gezocht maar kon de te water geraakte auto niet vinden. Sporen in het gras gaven een indicatie waar het voertuig het water in moest zijn gereden. Het scheepvaartverkeer en het spuien waren ondertussen stilgelegd. Bergingsbedrijf Dallinga kwam met twee voertuigen en een boot ter plaatse en wachte op assistentie van een particuliere duiker. Omdat niemand precies wist waar de auto kon liggen en of de stroming de auto had meegesleept, keerde deze duiker onverrichter zake richting huis. Een zoektocht onderwater zou zijn als het zoeken naar een spelt in een hooiberg. Rijkswaterstaat zal onderzoeken of er mogelijkheden zijn met sonar de bodem af te speuren.
Na deze melding, reden de voertuigen van berger Dallinga door naar de volgende melding. Op de Eekwerderweg bij Wirdum waren twee voertuigen met elkaar in aanraking gekomen. Een van de voertuigen was met de achterkant in een sloot terecht gekomen. Dallinga heeft het voertuig uit de sloot getrokken en de schadeformulieren ingevuld.