Over het onderzoek
Door de politie werd bericht dat beide partijen op maandag aangifte zouden doen. Afgelopen maandag deed een 26-jarige man uit Groningen aangifte van mishandeling en belediging door een 23-jarige man uit Siddeburen. Bij het opnemen van de aangifte was een vertegenwoordiger van de Nederlandse Vereniging tot integratie van homoseksualiteit, het COC, aanwezig op verzoek van de aangever. Een 23-jarige man uit Siddeburen besloot geen aangifte te doen. De man is als verdachte gehoord. Daarnaast heeft de politie 10 getuigen gesproken over het incident.
Over het incident
De verklaringen van aangever enerzijds en die van verdachte en de verschillende getuigen anderzijds over de aanleiding en het vervolg lopen sterk uiteen.
De aangever verklaarde dat hij een woordenwisseling kreeg met de verdachte en dat hij zou zijn uitgescholden voor ‘vieze homo’ en dat de verdachte hem daarna direct een klap gaf. Aangever verklaart vervolgens een tweede klap te hebben gekregen waardoor hij op de grond terechtkwam. Daarna zou hij zijn geschopt. Hij verklaart kort bewusteloos te zijn geweest in het café en geeft aan een scheur in zijn lip te hebben en een zware hersenschudding te hebben opgelopen. Aangever heeft niet gezien wie deze tweede klap en deze schop heeft gegeven. De verdachte ontkent de belediging en het geweld.
Die nacht is de verdachte met drie vrienden op stap geweest. Deze vrienden zijn gehoord als getuige. Ook een vriend van de aangever is gehoord. Ook zijn diverse onafhankelijke getuigen gehoord, denk aan medewerkers en bezoekers van het café en beveiligers. Geen van de getuigen hebben de belediging gehoord en de mishandeling gezien. De aangever is de enige die hierover verklaart. Diverse getuigen ondersteunen de verklaring van de verdachte. Het café beschikt niet over camerabeelden. De politie heeft camerabeelden bekeken rondom het café, maar deze hebben geen bruikbare informatie opgeleverd voor het onderzoek.
Over het doen van aangifte
Agenten hebben ter plaatse direct na het incident een eerste verklaring opgenomen van beide mannen en van mogelijke getuigen.
Beide mannen wilden in eerste instantie aangifte doen. Agenten hebben geadviseerd om dit op een later moment te doen. De aangever bleef volharden in het direct opnemen van een aangifte en wilde dat de verdachte zou worden aangehouden. Agenten hebben besloten dit niet te doen. Dit omdat de verklaringen van beide partijen zeer uiteen liepen, waarbij ook toen bleek dat verschillende getuigen juist het verhaal van verdachte onderstreepten. Daar kwam bij dat er op dat moment geen sprake leek van ernstig letsel (agenten zagen een rode plek op zijn wang).
Gelet op de onduidelijkheden enerzijds, en de ernst van de beschuldigen anderzijds is omwille van de zorgvuldigheid besloten om geen overhaast beslissingen te nemen. Daar komt bij dat agenten op dat moment geen zichtbaar ernstig letsel hebben waargenomen en dat de agenten op dat moment nodig waren op straat tijdens deze drukke horecadienst. Mede daarom werd een afspraak gemaakt om maandag aangifte op te nemen.
Beslissing van het Openbaar Ministerie
De politie heeft het dossier besproken met het Openbaar Ministerie. Het OM is tot de conclusie gekomen dat er onvoldoende bewijs is voor de belediging en mishandeling. De aangever en verdachte zijn door de politie geïnformeerd over de afloop van de het onderzoek.
Discriminatie
De politie tolereert geen enkele vorm van geweld. Zeker als daarnaast sprake is van discriminatie. De context kan ervoor zorgen dat een zaak een hogere prioriteit krijgt. Er is structureel contact tussen de politie Noord-Nederland en organisaties zoals het COC. Ook in deze zaak is het COC geïnformeerd over de afloop van het onderzoek. Samen met diverse instanties zet de politie zich in voor de veiligheid van lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen en transgenders.
Reageer op facebook van 112Gr.