Meerdere korpsen, waaronder de brandweer van Veendam, Aa & Hunze Annen, Zuidlaren, Assen, Gieten en Tynaarlo, boden ondersteuning om de brand te bestrijden. De brandweer had grote problemen met de waterwinning. Om de brand goed te kunnen blussen was veel water nodig. Dit werd gedaan door het korps van Zuidlaren, die met een groot watertransport water pompte uit de Hunze.
Aangezien het onverantwoord voor de brandweer was om het pand te betreden, koos men er voor om van buitenaf te blussen. Een brandmuur zorgde daarbij voor enige vertraging en uitbreiding van de brand, maar uiteindelijk wisten de vlammen hier doorheen te slaan, zodat men de vlammen beter kon bestrijden. Hierdoor was het voorhuis echter niet meer te redden en deze is dan ook verwoest door de brand. De schade is groot en de boerderij is onbewoonbaar verklaard. In de woning woonden twee gezinnen. De brandweer is nog uren bezig met nablussen.
